Ontstaan en de ontwikkeling van Buitenpost in het kort

Buitenpost is van oorsprong een agrarisch wegdorp. Het ontstaan ligt rond het jaar 1100. Toen liep er nog een zeearm om Buitenpost, de Âlde Ried. Deze moest door monniken worden overgestoken om van de kloosters ten zuiden ervan de er noordelijker gelegen te bereiken. Bij die oversteekplaats ontstond een brug of pont. Dat was het beginpunt voor het dorpje Lutkepost, de voorloper van Buitenpost. Lutkepost was een van de oorspronkelijke ‘acht kerspelen’ (parochies) die de naamgever zijn van onze gemeente. De eerste bewoners maakten onder leiding van de monniken een begin aan bedijking en waterbeheersing. Toen Lutkepost door de groei van de bevolking te klein werd ontstond Buitenpost iets noordelijker ervan. Beiden waren lang niet meer een verzameling van kleine boerderijtjes en enkele woninkjes. Oostelijk van het dorp werd tot de vijftiende eeuw door inpoldering steeds meer grond op de zee gewonnen.

Buitenpost op de kaart van Pierius uit 1620.

Als gevolg was de landwinning onstond in de 15e eeuw de mogelijkheid om een kortere wegverbinding tussen Leeuwarden en Groningen te maken. Deze werd door ons dorp getrokken. Toch was Buitenpost in veel van haar geschiedenis niet gemakkelijk bereikbaar. Over het water was lang de beste manier voor vervoer en transport. Sinds de 16e eeuw had ons dorp al een verbinding met het Kolonelsdiep, via de Buitenpostervaart. Beurtschepen onderhielden een dienst op Groningen en Leeuwarden. Na verbeteringen aan van de Rijksstraatweg tussen Buitenpost en Leeuwarden in de 18e eeuw en de ontwikkeling van de koets werd Buitenpost een pleisterplaats voor verkeer tussen de twee provinciehoofdsteden. Paarden konden bij herberg ‘De Roskam’ in het centrum van het dorp worden gewisseld en reizigers konden er aangenaam vertoeven. Reizen per koets liep in 1866 op zijn eind toen het dorp werd verrijkt met een spoorverbinding. Het voordeel van de goede verbindingen werd daarmee vergroot.

Het dorp had in de 17e en 18e eeuw enige allure als gevolg van de functie van hoofdplaats van de grietenij (gemeente) en de aanwezigheid van states en deftige burgerwoningen. Omstreeks 1880 bestond verreweg het grootste gedeelte van de bebouwing nog altijd langs de Rijksstraatweg (West, Voorstraat, Oost) en de Kerkstraat. Rond het kruispunt, ook wel de Bakkershoek genoemd, was de bebouwing veel dichter en daar lag de dorpskern. Er was een haventje aan het uiteinde van de Buitenpostervaart bij de dorpskerk, waar onder andere de beurtschepen lagen. Omstreeks 1893 breidde de plaats zich vooral uit in noordelijke richting (Stationsstraat, Jeltingalaan, en Herbrandastraat). Aan de Stationsstraat en de Voorstraat verrezen villa’s en rentenierswoningen. Aan de Schoolstraat en de Herbrandastraat ontstonden meer bescheiden woningen.

In zuidelijke richting groeide het dorp aanvankelijk op wat kleinere schaal uit. Na ongeveer 1910 kwamen er aan de Kuipersweg naast verschillende woningen, ook een lagere school en een ULO-school (1922). Een bijzonder gebouw iets achter deze weg is een tramremise uit Leeuwarden, die omstreeks 1920 per schip naar Buitenpost werd verplaatst. De houten loods heeft vele jaren dienst gedaan als kolenopslagplaats van de familie Jansen. In 1930 werd een tweede begraafplaats aan de Kuipersweg aangelegd.

Kort na de Tweede Wereldoorlog kwam bebouwing aan de zuidwestzijde van het dorp tot stand, waaronder de Park- en Eringalaan, Haersma de Withstraat, Beatrixstraat en Irenestraat – wat op het onderste kaartje kan worden gezien. Buitenpost kreeg daarbij een park en sportveld. Het haventje bij de dorpskerk verdween en de vaart werd ingekort. Na omstreeks 1960 kwamen er in vrij korte tijd verschillende grootschalige uitbreidingen tot stand en wel in zuidelijke richting. Enkele voorbeelden: de wijken rondom het paardensportterrein, het Molenerf, de Mûnewyk  en Lutkepost.

Vanaf het begin van de 19e eeuw is Buitenpost de hoofdplaats van de gemeente. De aanwezigheid van het gemeentehuis en andere notabelen hebben lang een stempel op het dorp gedrukt. In de loop van de 20e eeuw werden ook een aantal onderwijsvoorzieningen belangrijk.

Sinds 1945 maakt het voormalige dorp Lutjepost deel uit van Buitenpost. Eerst na de Tweede Wereldoorlog begon er een behoorlijke groei in het aantal inwoners van Buitenpost te komen. Van 1856 tot 1940 ging dit langzaam, van 668 tot 977. Dat was dus een heel bescheiden groei van ruim 300 in een periode van 84 jaar. Maar na 1960 kwam er schot in. In laatstgenoemd jaar liep het op tot de 3000, nu in 2021 naderen we het dubbele en hebben wij onderdak in totaal ruim 2400 woningen.

Buitenpost in 2021

© 2024 - Plaatselijk Belang Buitenpost

Deze site maakt gebruik van cookies.

BinnenBuitenpost.nl maakt gebruik van cookies voor verschillende doeleinden. Door verder gebruik te maken van deze site stemt u in met het plaatsen en uitlezen van cookies. U kunt altijd weer de cookie-instellingen wijzigen.
Cookies op onze website
Functionele cookies
Deze cookies zorgen ervoor dat de website goed functioneert. Ook gebruiken wij functionele cookies voor het opsporen van misbruik van onze website en diensten.
Analytische cookies
Met deze cookies kunnen we het gebruik van de website analyseren, zodat we de prestaties van onze website kunnen meten en verbeteren.
Cookies voor social media
Met deze cookies kunt u verbinding maken met uw sociale netwerken en recensies lezen.
Cookies voor gerichte reclame
Deze cookie worden gebruikt om getoonde advertenties af te stemmen op je interesses, zowel op Kostenservice.nl als op andere websites.